48e EDITIE / 30e KEER IN LANDGRAAF
2017 Updated 14 juni 2018
Datum: 3 t/m 5 juni 2017
Acts: zie programma  Info voor Landgraaf bezoekers

Locatie: Megaland Landgraaf

Entree: 3 dagen met camping kost dit jaar € 195,00. losse dagkaart kost € 95,00 (v.v. prijzen incl. € 5,00 servicekosten). De start van de voorverkoop staat gepland op zaterdag 11 maart 2017. o.v.
Bestel je kaartjes via internet in Nederland, koop je kaartje in ieder geval NIET hier.
Buro Pinkpop steunt de strijd tegen het doorverkopen van kaarten tegen woekerprijzen via de actie: weet waar je koopt. Toch opgelicht, meldt dit hier

Weer: vooral warm met een stevige plensbui
Toeschouwers: 62.000

Presentatie: Eric Corton, Frank van der Lende, Eva Cleven en Sander Ruijters

BELANGRIJKE OPROEP:
Heb jij als pinkpopbezoeker mooie foto's gemaakt van de bands en artiesten,
en wil jij dat deze vereeuwigd worden op deze website verzoek ik je om op te nemen
BELANGRIJKE OPROEP!!!

Krantenartikelen  Statistieken  Veel online videoclips  Veel foto's  Pinkpop foto's  NPO Cultura  Setlists  Pinkpop App  Pinkpop App IOS

Pinkpop voorpret op NPO Cultura
Komend weekeinde staat het popfestival Pinkpop op het programma. NPO Cultura komt deze gehele week met een groot voorprogramma voor de komende editie. Vanaf vanavond is er elke avond om half acht concerten van eerdere Pinkpop-edities te zien, gehost door de vaste gezichten van Pinkpop.
Programma
Maandag 29 mei: Eric Corton met onder anderen Queens Of The Stone Age, Metallica, My Baby en Muse. Ook besteedt Corton aandacht aan het optreden van Audioslave (met de onlangs overleden zanger Chris Cornell) op Pinkpop 2003.
Dinsdag 30 mei: Eva Cleven met onder anderen Broederliefde, John Mayer, Typhoon en Lauryn Hill.
Woensdag 31 mei: Giel Beelen met onder anderen Passenger, N*E*R*D, Rage Against The Machine en Moloko.
Donderdag 1 juni: Michiel Veenstra met onder anderen Oasis, Bruce Springsteen, Doe Maar en Green Day
Vrijdag 2 juni: Leo Blokhuis: Met onder anderen Pearl Jam, Faithless, Radiohead en Rag ’n Bone Man

Lag het aan ons, of was de geluidsman bij White Lies nog niet echt wakker? De sombere tonen van deze duistere Londenaars klonken zo schel dat we prompt een forse scheut Brand bier op onze schoot morsten. Overigens niets mis met de songs zelf, die een toefje Joy Division uitstrooien over een portie gemengd van Editors en Killers. De stevige zonneschijn boven Landgraaf deed de ijskoude muziek van White Lies echter geen goed. Bovendien vonden de heren een tempo – een sloom midtempo ritme - dat hen wel lekker lag. Gevolg? De snedigheid van pakweg 'Fairwell To The Fairground' was nergens meer te bespeuren. Een matige opener voor deze editie van Pinkpop.

Doe ons dan maar het smakelijke voorgerechtje van Chef’Special. De Haarlemse band liet de wei lekker meewiegen op hun smakelijke hutsepot van funk, ska en hiphop. De cuisson was niet altijd even geslaagd, maar kijk: daar maalde het publiek allesbehalve om. Zelfs toen de zon even achter de wolken verdween, zorgde Chef’Special voor een mild tropisch klimaat ter hoogte van Zuid-Limburg.

Declan McKenna: hij is net oud genoeg om te buizen op het verstrengde rijexamen, maar de Britse snotneus overtuigt wel op het kleinste Pinkpoppodium. Akkoord, zijn nummers – radiovriendelijke rock in opperbeste Britse traditie, met nog een vleug nineties rock als afwerking – overtuigen niet allemaal, maar de geschminkte, in het wit getooide 18-jarige toont zich al David Bowie in het diepst van zijn gedachten. Een afgewerkt product is McKenna allesbehalve, iets wat de zowat 500 fans die naar hem kwamen luisteren wel zullen beamen. Maar wie over een kleine maand naar de piepjonge Brit gaat kijken op Rock Werchter, zou wel al eens een glimp van een toekomstige Grote Naam kunnen opvangen.

De Kaiser Chiefs zijn na een goed decennium van zomeroptredens een beetje de leuke oom van het festivalcircuit geworden. U weet wel, die oom die een keer per jaar op het grote familiefeest zijn vaste repertoire aan halfgrappige moppen komt afratelen voor een publiek van licht geïrriteerde familieleden. Wat er nog anders te vertellen valt over een band die zijn tienbeurtenkaart voor festivals in de Benelux al een tijdje vol heeft staan? Dat hun songs na 12 (!) jaar nog allemaal uiterst meezingbaar zijn: u lalt nog lustig halfdronken 'Ruby' en 'Oh My God' mee. En dat we ons natuurlijk weer even amuseerden terwijl we op de wei ons frietje naar binnen speelden. Goed, tot binnen twaalf maanden dan maar weer?

Het is acht uur op Pinkpop, je kan kiezen: aanschuiven aan de Main Stage voor het popidool Justin Bieber of toch maar Richard Ashcroft meepikken in de tent ernaast. Wij kozen voor het laatste. Goed gegokt blijkbaar, want halverwege het optreden van Ashcroft gingen de hemelsluizen open alsof het een teken was om iedereen toch maar de tent in te jagen. Je werd er ontvangen door een resem hits zoals 'Lucky Man', 'The Drugs Don’t Work' en 'Bittersweet Symphony'. De Brit staat voor degelijkheid, zonder al te veel franjes. Als Bieber wou weten hoe het is een echte rockster te zijn, dan zou dit optreden een mooie les zijn geweest. Zonnebril op, in een donkere tent en gewoon rocken.
Bron: Belang van Limburg

The Ten Bells
White Lies
Hij is ziek. Hij voelt de pijn. Hij is verliefd op het gevoel dat je ‘m misbruikt. Dat zingt die arme Harry McVeigh, frontman van White Lies, in ieder geval in het openingsnummer 'Take it Out On Me'.
Het viertal is geheel in het zwart gehuld, maar speelt de depri-synthpop vandaag op Pinkpop gelukkig met een vrolijke glimlach. Zoals Editors en Interpol de postpunk van Joy Division in een stadionjasje steken, zo doet White Lies dat ook al jaren. Ongezellige teksten ook, maar dan wel een tikkeltje gezelliger gespeeld, en met vleugjes Human League en U2 erbij.

Met hun liedjes over de dood, stukgelopen relaties en het opzetten van dooie dieren (!) staan ze alweer voor de vierde keer op Pinkpop, en ieder nieuwe album van de band is weer wat minder succesvol dan het vorige. Dat is ook wel duidelijk op het veld: men staat erbij en gaapt ernaar, om alleen bij de herkenbare refreintjes even de armen in de lucht te gooien en voorzichtig heen en weer te hupsen. Daar kun je chagrijnig over doen, maar White Lies is best een prima festivalband, hoor, met een paar goeie liedjes om mee te brullen ('let's grow oooooold togetherrrr, and die at the same time!!!') en veel meeklapmomentjes om net uit de maat je handen tegen elkaar te kletsen. En slotnummer 'Bigger Than Us' is echt best een goede stadionrocksong.
Het moment: Er gebeurt op het podium minder dan tijdens de wekelijkse bingoavond in het bejaardenhuis, maar kijk, zie je dat? Halverwege de show blijven de schermen naast het podium een dikke minuut op de toetsenist hangen. Die staat zo stil als een standbeeld, ingespannen en een beetje chagrijnig de simpele pianomelodietjes te spelen. Alsof-ie z'n belastingaangifte aan het invullen is. Haha.
Bron:
VPRO door Timo Pisart 03-06-2017

James TW
Zelden was de gemiddelde leeftijd van alle Main Stage-artiesten op Pinkpop-zaterdag zo laag. Maar drummer Niles Vandenberg (36!) van Kensington trekt het gemiddelde nog omhoog. Brit en opener James TW haalt het weer omlaag met zijn 19 jaar. Evenals mainstagecollega Justin Bieber, heeft ook James TW veel aan YouTube te danken. Het zijn covers waarmee de singer-songwriter doorbrak, maar ook zijn eigen singles doen het goed. Hamvraag is dan natuurlijk: kan hij de stap van het scherm naar het (hoofd-)podium gemakkelijk maken?
Kort antwoord: ja en nee. De spaarzame bezetting van drummer, toetsenist en TW op gitaar, toetsen en zang laat weinig ruimte over voor fouten, maar is daarmee ook ontzettend clean. Clean, tot de kleine uithaaltjes van de Brit aan toe. Die bedient zich van het soort zonnigesinger-songwriter-muziek met een light funksausje zonder de nodige calorietjes. De covers blijven voornamelijk uit, op Natalia Imbruglia’s 'Torn' na. Wat zijn eigen teksten betreft, grossiert hij in Roosvicee-teksten ('Het komt wel goed schatje') die moeilijk zijn te slikken van een 19-jarige. Die teksten worden mondjesmaat meegezongen: slechts een handjevol meiden vooraan zijn die-hard TW-fans, de rest zit voornamelijk in de telefoon verzonken, of blijft kijken naar de schermen naast het podium, hopende op hun one seconde of fame.
Het moment: De rest van zijn materiaal mag dan onbekend zijn, single 'When You Love Someone' wordt zowaar door bijna iedereen vooraan meegezongen. Toegegeven: het is een mooi, breekbaar nummer over scheidende ouders, maar wat betreft de rest van de show is het te weinig om een optreden op het hoofdpodium te verantwoorden. Daarvoor komt TW nog flink wat hits tekort.
Bron:
VPRO door Bas van Duren 03-06-2017

Alma
Quizvraagje: Hoeveel Finse acts stonden er ooit op Pinkpop? 'Slechts drie' is het antwoord: Gothic rockband HIM, poprockband The Rasmus en vandaag popzangeres Alma. Waar de Zweden sinds ABBA voor pop staan, houden de Finnen meestal meer van hardrock. De 21-jarige Alma wil het tij keren en opent deze Bieber-dag met Pop, hoofdletter P. Al brengt Alma 'Pop', de band doet er alles aan om 'Rock'-stoer gevonden te worden. De drie bleke jongens op drums, percussie, gitaar en elektronica achteraan geven het geheel een band-feel. Tweelingzusje en mede-zangeres Anna-Livia draagt een rockshirt, en heeft net zoals Alma fluoriserend geel haar. Gemiste kans voor een roze variant vandaag.

Hoewel ze zo nogal opvalt, moet Alma het niet van haar uiterlijk hebben. Meer van haar catchy nummers, haar persoonlijkheid en haar inzet. Het is hard werken voor een publiek dat haar eerste grote Finse hit 'Karma' niet kent. "Hou je biertje maar omhoog" is ook geen slimme poging tot publieksparticipatie, de meesten hebben de biergerechtigde leeftijd nog niet behaald. Even lijkt de ijsberende Alma een sof te worden. Een cover inzetten is dan vaak de remedie. Alma (bouwjaar 1996) kiest voor 'No Scubs' (releasejaar 1999) van TLC, met alleen haar gitarist. Zingen kan ze. Maar slechts weinigen kennen het nummer nog. Maar de redding is nabij: met de hitreeks 'Dye My Hair', haar nieuwe 'Chasing Highs' en 'Bonfire' van de Duitse DJ Felix 'Ain’t Nobody Jaehn', waarvoor ze de vocalen verzorgde, krijgen Alma en haar zus de zaal toch aan het meeklappen.
Het moment: Wanneer de telefoons toch nog omhoog blijken te kunnen bij haar lijflied 'Dye My Hair'. Dat kennen de Limburgers blijkbaar via streaming of de Duitse radio, waar het nummer wel een hit was. Een zucht van verlichting voor Alma, die daarna veel meer zelfvertrouwen toont. Alma Winehouse, naar haar grote voorbeeld Amy, zal ze niet worden. Maar meer Finse pop? Goed idee!
Bron:
VPRO door Menno Visser 03-06-2017

Pierce Brothers
Ligt die ene broer nou ondersteboven op de grond te trommelen, wapperend met zijn benen in de lucht? Of wacht, zit hij nou op de gitaar van zijn broer te drummen? Je kan zeggen wat je wil, maar The Pierce Brothers halen in elk geval alles uit de kast. We zijn daar goed in: buitenlandse bands wereldberoemd maken in ons kleine landje. Will and the People bijvoorbeeld. De hele wereld had door dat het best wel een stomme act is, wij trapten er massaal in. Het is niet voor niets dat die Engelse band lange tijd alleen een Nederlandse Wikipedia-pagina had. Inmiddels is er ook een Duitse.

Maar de Pierce Brothers dus. Broers, een tweeling zelfs. Ze zien eruit alsof ze zo zijn aangespoeld aan de kust van Landgraaf tijdens een potje surfen. Halve baardjes, dreadlocks, verwassen shirts. Muzikaal zitten ze ergens tussen Mumford & Sons en The Cat Empire in, de feestband die over de halve wereld strandtenten en poppodia platspeelt. Misschien zijn The Pierce Brothers het volgende grote ding, en lopen we in Nederland gewoon voor door ze zo op het voetstuk te hijsen? Of misschien toch niet. Het lijkt er toch echt op dat we er weer ingetrapt zijn: matige zang die door het overschreeuwen authentiek en rauw lijkt, zo veel interactie- en meezingmomenten dat je haast niet doorhebt dat de liedjes niet zo goed zijn en stel dat er even niets mee te zingen is: hop, een koprol. Of even ondersteboven drummen. Allemaal trucs die, als het niet zo belabberd was geweest, dit optreden naar een hoger niveau hadden kunnen tillen. Nu maakt het alles nóg vervelender.
Het moment: Voor 'The Records Were Ours' leunt de ene broer achterover: 'Nu komt er echt een leuk verhaal'. De ander vertelt over een ex-vriendin, waarmee de platencollectie gesplitst moest worden. Gewoon een saai verhaal, vriend. Typisch. En pijnlijk kinderachtig om dan heel stoer met je middelvinger in de lucht, al walsend, 'I don't care much for you' te gaan zingen.
Bron:
VPRO 3 juni 2017 door Ralph-Hermen Huiskamp

Kaiser Chiefs
Er zijn drie dingen zeker in het leven: de dood, belastingen en dat Kaiser Chiefs om de drie jaar op Pinkpop komt spelen. Aangezien frontman Ricky Wilson kind aan het Landgraafse huis is, ziet hij snel dat a: het publiek veel jonger is en b: een stuk minder in getal. Dat laatste komt nog redelijk in orde, dat eerste zal niet veel veranderen want ook hij merkt op dat iedereen voor La Bieber komt: ‘He’s backstage here, wearing our T-shirt!’. Wilson weet waar iedereen op Pinkpop voor komt, maar ook zeker waarvoor men naar Kaiser Chiefs komt.
Want laten we wel wezen: sinds 'Never Miss A Beat’ (2008, voelt u zich al oud?) heeft Kaiser Chiefs geen bonafide hit meer gescoord, terwijl er wel drie slappe albums in de tussentijd zijn uitgebracht. Dat lijkt de band zelf ook te beseffen en voert een revue-show op met álle hits die tussen 2004 en 2008 zijn gemaakt. Een tijdsportaaltje hier op Pinkpop; papa’s en mama’s zingen uit volle borst mee, de kinderen mogen straks hetzelfde doen bij Justin Bieber.

Het gevaar dat op de loer ligt is die van de totale overbodigheid van de show. Niets is minder waar, want met al die zichzelf zo serieus nemende artiesten deze zaterdag (hoi Richard Ashcroft, dag Kensington, doei White Lies) is dat stukje gekkigheid een verademing. Wilson blijft een ongenaakbare showman met een jaloersmakende longinhoud, of het nu om zijn uithalen gaat of zijn vermogen om heen en weer te rennen, het publiek ondertussen opjuttend. Dat schreeuwt nog harder mee dan wat tot dat punt op de Main Stage heeft gedaan, tenzij het een ‘nieuw’ nummer is. Dan wordt de weg naar Kensington alsnog snel gevonden.
Het Moment: Afsluiter 'Oh My God' hakt er zo verdomd fijn in. Kippenvelmomentje als het intro wordt ingezet en een extra lange versie wordt gespeeld, compleet met jam-moment in het midden en een coda waarbij de laatste restjes lucht uit Wilsons longen wordt geperst. 2020 weer heren?
Bron:
VPRO 3 juni 2017 door Bas van Duren / Video: VPRO

Chef'special
Haarlemmers Chef’Special op Pinkpop, dan dwalen de gedachtes toch snel af naar het optreden in 2014 toen 'In Your Arms' Megahit was en de toen twaalfjarige trompettist Duco Akkerman aan mocht sluiten bij 'Biggest Monkey'. De band koos daarna voor het ruimere sop en vond heil in de Verenigde Staten, tekende bij Atlantic, ging op tour met Twenty One Pilots en nam nieuw album Amigo aan de andere kant van de oceaan op.
En dat is te horen, op plaat en op de Main Stage. Het is nog steeds Chef’Special met de mix van hiphop en reggae, soul, funk en wereldmuziek, maar waar de heren voorheen voornamelijk kozen voor luchtigheid, valt Amigo een stuk zwaarder op de maag. Het bombast van tourmaatjes Twenty One Pilots ademt ook door veel van Chef’Special’s nieuw materiaal, vooral omdat de synthesizers een veel prominentere plek innemen. Zwaardere thema’s worden niet geschuwd: verslavende liefde, heimwee, vooroordelen en dergelijke.
En dat wringt ergens: door die thema’s aan te snijden met de niet altijd zuivere zang van Joshua en de lichtvoetigheid van de oude nummers, komt dat vervreemdend over. Voor de setlist van vandaag worden rare keuzes gemaakt; het pompende 'Amigo' wordt opgevolgd door de tropische beats van 'Try Again' en het kruit lijkt al snel te zijn verschoten, terwijl er nog een half uur moet worden gespeeld.

Het Moment: Dat lukt nog redelijk met 'Biggest Monkey' zonder Duco, maar mét bebaarde tubaspeler met een roze kilt. Die rent heen en weer over het podium en steelt de show nog harder dan de rest. Als nieuw nummer 'Money' met vlammenwerpers wordt begeleid, gaat hij er recht voor staan en lijkt het alsof de vlammen uit zijn tuba komen. Ondergetekende mag lijden dat de tubaspeler volgend jaar solo op de Main Stage staat. Met kilt. Met vlammen.
Bron:
VPRO 3 juni 2017 door Menno Visser

Declan Mckenna
Opeens was ie er, in januari. Zijn single megahit op 3FM, dé show van Eurosonic en dat terwijl zijn debuutalbum pas net is aangekondigd voor eind juli. Die vliegende start begin dit jaar leverde hem al wel een boeking op het kleinste Pinkpop podium op. Die Nederlandse doorbraaksingle, 'Isombard', wordt letterlijk met open armen ontvangen vandaag. Een handjevol fans gilt het uit als ie halverwege de set wordt ingezet. Om later bij de nog grotere hit 'Brasil' er nog eens een schepje boven op te doen. Ze zijn er dus wel, de fans die zijn muziek kennen. Het zijn er alleen niet zo veel. Het ligt niet aan de liedjes van de piepjonge Brit. Elk nummer heeft wel een goede radiohook of zo’n refrein dat precies goed valt. Neem die hitsingles, of 'Paracetemol'; een plotseling ingetogen nummer, met een slepend orgeltje en een melodie die zo uit de beste Vampire Weekend ballads lijkt te komen. Nonchalante en toch barok, zoals niet veel het kunnen maken. En dan wordt die track live halverwege nog omgegooid door een stuiterende gitaar ook. Dat het niet zo goed werkt vandaag, ligt ook niet aan de piepjonge band. Het is ook niet alsof z'n band gemakzuchtig is. Iedereen speelt volle bak en ze hebben er zelf nog een bak styling overheen gegooid: het thema is glitters.

Ze zijn alleen nog echt te groen om zo'n tent vol toevallige voorbijgangers aan te kunnen. Zulke hits op zo’n jonge leeftijd, het is natuurlijk jaloersmakend, maar kan er ook voor zorgen dat de verwachtingen en gemaakte kilometers uit elkaar komen te liggen. En dat kan zelfs een ontwapenend charmante McKenna niet verhullen. Was dit een kleine clubshow geweest, dan hadden ze het dak eraf gespeeld. Maar Stage 4 blijkt vandaag nog net te groot.
Het moment: Tijdens 'Brasil' laat McKenna zich opeens gaan. Zittend met zijn reservegitaar, de snaren van zijn andere zijn al gesneuveld, freakt hij de laatste seconden van de show nog even vol met spacy noise. Of ze het nou leuk vinden of niet, hij heeft opeens iedereens aandacht.
Bron:
VPRO 3 juni 2017 door Ralph-Hermen Huiskamp

Crystal Fighters
Koning, Pinkpop-ganger, Admiraal: 'Plage' kennen ze nog allemaal. Dè zomerhit van 2011 kwam uit onverwachte hoek: van de Spaans-Britse indieband Crystal Fighters. Dat het alweer zes jaar geleden is, valt te merken: de Pinkpop tent is niet helemaal vol. Maar hun boodschap, zou schrijver Remco Campert stellen, is hetzelfde gebleven: 'Het leven is verrukkulluk'.
We zien de zanger in indianenpak, versterkers overwoekerd door planten en twee nieuwe blonde zangeressen. Allemaal het podium opgesleept voor het feestje, dat de Everything Is My Family-tour heet. Om de tragedie te vergeten van hun plots overleden drummer Andrea Marongiu in 2014. Het leven is te kort om niet te feesten. De missing link tussen indie en ABBA, die Arcade Fire nu voor het eerst uitprobeert op hun nieuwe single 'Everything Now', daar heeft Crystal Fighters het patent op. Upbeat indie met trommels, dancebeats, meezingbare teksten en gouden melodieën. 'All Night', 'You & I' en 'Love Is All You Got' gaan erin als koek - of je nu wilt of niet. En dan moet Plage nog komen.

Je kunt de kritiek hebben dat hun laatste album niet hun sterkste is. Maar Crystal Fighters is meer een liveband, die er ook zelf lol in heeft. Van een naÏeve, haast religieus soort vrolijkheid, maar wel eentje die live nog steeds werkt.
Het moment: Halverwege de show gaat de band op een rijtje staan en vraagt of iedereen zijn handen omhoog wil houden. Of we schudbeweging willen maken. Vóór muziek, liefde en vrede. Tègen niet nader genoemde politici, die er bijvoorbeeld een zootje van maken met het klimaat. Hippies? Dat zeker. Maar wel oprechte hippies.
Bron:
VPRO 3 juni 2017 door Menno Visser / Video: Lars Hoeijmans

Five Finger Death Punch
Arme, arme metalmensen op Pinkpop 2017. De kans is groot dat de meesten 200 euro hebben neergelegd voor het hele weekend om ook System Of A Down te zien, misschien zelfs Prophets Of Rage of The Charm The Fury. Maar op de zaterdag is het karig gesteld met alleen Five Finger Death Punch als soelaas. De druiven zijn dan al helemaal zuur voor de Pinkpoppers die alleen vandaag voor de Amerikanen komen, want het regent niet een klein beetje bij 5FDP, maar gewoon keihard. En laat dat nou net op het moment gebeuren bij single 'Remember Everything' als zanger Ivan Moody de woorden 'If I could hold back the rain, would you numb the pain?' uit. Tot dat punt heeft de band getapt uit haar uitvoerige discografie bestaande uit zeven albums vol zwaar metalwerk volgens beproefd Amerikaans recept: met enorm veel gevoel voor pathos, diepe grooves en die eeuwige hete aardappel in de mond; stevig, maar toch net hitgevoelig genoeg voor de radio zoals we het ook kennen van Stone Sour en Disturbed. Maar alleen de ware fan trotseert de hele tijd de regen die na een half uur met bakken uit de hemel valt. Moody ziet het met een grijns aan (en getooid in NWA-shirt!) en bedankt dan iedereen voor het komen. Huh? Stond er niet een uur gepland? Jawel, en de band komt dan ook weer snel terug ‘You didn't think we were finished, right?'. Nouja, dat dachten we wel en na tien minuten stopt de band alsnog een kwartier te vroeg, maar ook geen minuut te laat, want waar zit iedereen nu? Juist, aan de zijkanten waar overkappingen zijn. Zodoende is het erg gezellig bij de Jillz-bar waar dan ook niemand wat bestelt, want ja: echte metalmensen die drinken geen Jillz, toch?

Het Moment: Als na afloop iedereen kijkt van: 'Gaan we naar huis/tent of uit leedvermaak kijken hoe iedereen bij Bieber verzuipt?'.
Bron:
VPRO 3 juni 2017 door Menno Visser / Video: Lars Hoeijmans

Kensington
Het is een wonderlijk schouwspel, vooraan in het voorste vak. Om de haverklap wordt er een flauwvaller over de hekken getild, vaak gevolgd door wat paniekerige vrienden. Maar zodra er maar weer iets van kleur op de wangen is, gaan ze direct in discussie met de beveiliging. Of ze weer over het hek heen in het voorste vak mogen. Kensington is immers nog aan het spelen, Bieber straks. En om het voorste vak in te komen moet je flink lang in de rij staan.

En ondertussen dendert Kensington voort, alsof de jongens al jaren voor velden van 60.000 man spelen. Het is een wereld van verschil met hoe ze vorig jaar in de Ziggodome stonden. Toen bleek de band die iedereen er al jaren van verdacht stadionrock te maken, nog helemaal geen stadion aan te kunnen. De overtuiging mistte, de visuals waren te kneuterig, de spanningsboog ver te zoeken. Inmiddels zijn ze zeven Ziggo Dome's verder, wat in alles terug te zien is. Eigen filters over alle videoschermen, tijd voor ingestudeerde en minder ingestudeerde grapjes. Zo'n 'Eloi, hey Eloi' Ja Casper? 'Dit is toch godverdomme het mooiste uitzicht van Nederland?' zie je natuurlijk van mijlenver aankomen, maar ach. Als ze het niet zouden doen, dan zouden ze maar zo het stempel arrogant opgeplakt krijgen.

Aan de formule van Kensington is ondertussen niks veranderd. Het is alleen veel scherper gespeeld. Nog steeds zijn het formule-matige poprock nummers, met teksten die grote thema's lijken aan te snijden en ondertussen nooit echt ergens overgaan. Slim, want zo kan een maximaal aantal mensen zich erin herkennen. Nog steeds is het vaak pathethisch, helemaal als Eloi's uithalen nog wat extra galm erover geplakt krijgen en hij gekweld naar iets grijpt wat achter de horizon ligt. En 'Sorry' klinkt eigenlijk nog steeds als een parodie op een Kensington-ballad. Dat gras hebben ze alvast voor de voeten van potentiële grappenmakers weggemaaid.

Als je het allemaal zo op een rij zet, wordt duidelijk hoe Kensington op de Kings of Leon trein is gestapt, precies op het moment dat de Amerikanen zelf door wat interne problemen uit beeld verdwenen. Stadionrock dankzij de gitaren, maar verder vooral pop, met hooks zo goed dat je ze haast vanzelf gaat meebrullen, helemaal als de zanger het al even voordoet. Sterker nog: als je het laatste materiaal van de bands naast elkaar legt, dan is Kensington toch echt de betere versie van Kings of Leon. Meer hits, meer drive. En er is er maar een die zo vaak de Ziggo Dome in drie jaar uitverkocht.

Als je Kensington vandaag bezig ziet, is het meteen duidelijk waarom ze zo populair zijn. Het is zo'n band die echt iedereen aanspreekt. Emo en gevoelig voor wie dat in muziek zoekt, spierballen en vlammenwerpers voor wie het allemaal stoer moet zijn. Knappe gasten, ideale schoonzonen waarvan je tegelijk ook wel weet dat ze zich wel eens misdragen. Ze zijn het al jaren, maar worden steeds meer geloofwaardig.
Vernieuwend of spraakmakend gaat Kensington nooit worden. Daar is het ook helemaal niet de band naar, en misschien is het daar tegenwoordig niet eens het genre meer naar. Veel belangrijker is dat ze hier het hele veld platspelen. Het is zonde dat de regie verzuimt om zo af en toe eens het enorme veld in beeld te brengen, want ze pakken het helemaal in. En afsluiten met het live opvallend harde 'St. Helena' ,uitgerekend de enige track met de allerminste meezingpotentie, Eloi die de longen uit zijn lijf schreeuwt en gitaren die finaal uit de bocht vliegen, is toch best wel stoer en maakt het definitief duidelijk. Dit had gewoon de afsluiter van de Pinkpop-maandag moeten zijn.
Setlist: Regret, Do I Ever, Riddles, All for Nothing, Bridges, Rivals, Sorry, Heading Up High, War, Streets, Home Again, St Helena,
Het moment: Nog even over dat 'St. Helena', waar de band zichzelf eindelijk ontdoet van hun zelf opgelegde formule. Weg met alles, razen over het podium. Die kant mag mogen ze best vaker laten zien.
Bron:
VPRO 3 juni 2017 door Ralph-Hermen Huiskamp / Video: Jean Wertz


Ronnie Flex & Deuxperience Band
'Zeven jaar geleden stond ik nog in het buurthuis, nu sta ik voor het eerst in mijn carrière op Pinkpop!' Ronnie Flex zegt het met een dikke grijns. En als koning van de Nederlandse streams geeft hij vandaag een show die onweerstaanbaar dansbaar is, een show waar zelfs de grootste haters zichzelf erop betrappen door de knieën te zakken en heen en weer te zwieren.

'Mag ik jullie voorstellen aan de beste band ter wereld?!,' roept Ronnie Flex. Jazeker, al sinds januari speelt een van Neerlands bekendste rappers niet meer met dj, maar met de Deuxperience Band. Moderne elektronische hiphopproducties vertalen naar een liveband met gitaar, drums, toetsen en een lékker soulvol achtergrondkoor? Vaak gaat een dergelijke band behoorlijk fout. Sterker nog: het wordt dan potsierlijk, stroef en knap vervelend dan dat het echt iets toevoegt, met stramme drumpartijen en 'fúnky' Stratocaster-riffjes die alle vaart uit de liedjes halen. Bah bah.
Maar bij Ronnie? Bij die verlegen jongen uit Capelle aan den IJssel die uitgroeide tot de koning van de streamingcijfers? Bij hem voelt het als een ontzettend logische stap. Op Noorderslag was zijn liveshow nog een tikkeltje stroefjes, maar nu is de show zo soepel als een jong wijntje. Een liedje als 'Plek Als Dit' krijgt een opzwepende drumroffel mee, waarna de gehele band stilvalt en Ronnie met zijn twee achtergrondzangeressen krachtig a capella uithaalt. Wat zijn die zangeressen sowieso fantastisch: ze zien er supercool uit, dansen sensueler dan het gehele Pinkpop-publiek bij elkaar en hun zanglijnen voegen daadwerkelijk wat toe aan de liedjes van Ronnie. En Ronnie zelf? Die zingt ook beter dan ooit. Zo’n beetje elk zinnetje waar hij ver de hoogte in schiet zet hij kracht bij door z’n arm de lucht in te gooien of zijn hand in de zij te zetten. De autotune knort er tevreden bij.

Veel nummers van Ronnie Flex hadden altijd al een moderne dancehall-vibe, dat versterkt de Deuxperience-band vandaag alleen nog maar. De percussie-partijen dwingen je door de knieën te gaan en de heupen heen en weer te zwieren. Ja, het wordt er een soort Surinaams feestje van, met zomerse kaseko en reggaeton, zonder dat het corny of té gezellig wordt. Zelfs 'Drank & Drugs' krijgt een tropische en bijna onherkenbare sound mee. Een heel goede show, dus. Het is bijna zonde dat hij op Stage 4 staat, dat een beetje weggemoffeld is op het terrein en verder niet bepaald de meest urgente namen heeft staan. Sterker nog, het wordt wel eens gekscherend het kliekjespodium genoemd, maar het is ramvol voor Ronnie. Vooraan staat een leger piepjonge meisjes met de smartphone al z’n teksten letter voor letter mee te spellen. En, ja, ook de haters achteraan betrappen zich erop door de knieën te zakken en heen en weer te zwieren. Onweerstaanbaar dansen!

Het is niet alleen maar feest: Ronnie durft even gas terug te nemen in de oude ballad 'Regen in de Tuin' – waar helaas keihard doorheen wordt geluld – en speelt de heerlijke nieuwe glijer 'Best Friend', dat nog het meeste wegheeft van de soepele, moderne R&B van Jeremih. Goed, er gaat wel wat aan ongebreidelde energie van zijn muziek verloren met band: wie wel eens bij een oude show van Ronnie is geweest – toen nog met een dj – zag hoe kids helemaal gek gingen en over elkaar heen struikelden bij piek-tracks als 'In Een Jet', alsof in één keer alle hormonen in het hoofd loskomen en ze bijna uit elkaar spatten van de energie. Dat gebeurt nu echt niet meer, maar dat hoeft ook helemaal niet.
'Normaal praat ik niet veel', zingt Ronnie in zijn grootste hit 'Energie', die hij vandaag zelfs twee keer doet. 'Nee, meestal ben ik stil. En ik wil niet vervelend zijn. Kan ik even in je leven zijn?’ Zijn liedjes gaan vaak over jezelf afzonderen – het liefst samen –, onzekerheid en er juist niet bij horen. En zo is Ronnie ook een beetje. Je ziet het aan alles: zijn verlegen glimlach, zijn bijna awkward dansjes en zijn onbeholpen houding. Maar juist dat maakt hem zo goed, zo anders dan de meeste Nederlandse rappers en het type dat eigenlijk iedereen in zijn hart kan sluiten. En de meest verlegen superster van Nederland heeft nu wel de meest dansbare show. Een volwassen show die eigenlijk op ieder festival wel een plekje verdient.
Het moment: 'Niet te snel JAAA! roepen, maar wie kent me sinds Energie?' Gegil. 'En voor de ouderen hier, wie kent me sinds Expeditie Robinson?!' Nog meer gegil. 'Deze is voor wie me nog véél langer kent.' Daarop gooit hij zijn eerste eigen hit erin: 'Zusje', uit 2014. Extreem hard gegil. Ronnie bloost er een beetje van.
Setlist: Niet Omdat Het Moet, Investeren in de Liefde, Meisjes Blijven Meisjes, Medley van o.a. Famous, Best Friend, Zusje, Niemand, Regen in de Tuin, Drank en Drugs, Nu Sta Je Hier, Plek Als Dit, Energie, Come Again, Zeg Dat Niet, Energie
Bron:
VPRO 3 juni 2017 door Timo Pisart

Richard Ashcroft
Twintig jaar Radioheads OK Computer, maar ook bijna twintig jaar Urban Hymns: het doorbraakalbum van de psychdelische Britse band The Verve. Voormalig Verve-frontman Richard Ashcroft lijkt nog dunner geworden, maar zijn passie is er niet minder om, hij gaat nog steeds helemaal op in zijn muziek. Op de knieën meteen al in het tweede nummer. Het is de tragedie van de oude rocker. Britpop anyone? Met moeite een halflege tent, misplaatst op deze dag in het teken van de jonge aanwas.

'Out Of My Body', niemand die het kent, maar het is de nieuwe single van Ashcroft, en de verrassend sterke openingstrack van zijn show. Meteen Verve-hitje 'Sonnet' eroverheen, hij weet ook wel dat in Nederland bijna niemand weet heeft van zijn laatste album These People. In 2008 heeft hij het nog eens geprobeerd The Verve nieuw leven in te blazen, maar dat kwam niet verder dan Engeland. Mogen we een compliment maken aan de geluidsman en de andere bandleden? Piekfijn in orde. En Ashcroft zelf? Vol overgave alsof hij door zijn zonnebril niet doorheeft dat hij voor een halflege tent staat te spelen. Naast nieuw werk ook gewoon 'The Drugs Don't Work', 'Lucky Man' en van zijn solowerk bijvoorbeeld een magistrale versie van 'Music Is Power'.

En aan het eind nog braaf Top 2000-klassieker 'Bitter Sweet Symphony', het nummer waarvan hij de royalties af moet dragen aan The Stones en hun toenmalige manager Allen Klein vanwege de sample. Een heerlijk uurtje hoogzwangere aanzwellende Britpop. Echter hier vandaag paarlen voor de zwijnen.

Het Moment: Halverwege de show barst het geweld los. Je zou verwachten dat het dan proppen wordt in de tent. Maar nee. Men staat liever in de regen te wachten op Bieber dan kennis te maken met Richard Ashcroft. Wat heeft Ashcroft misdaan?
Bron:
VPRO 3 juni 2017 door Menno Visser / Video: Lars Hoeijmans

Skip & Die (dj-set) & Friends

Justin Bieber
Bieber te glad voor echt spektakel
Een showmannetje mag je de 23-jarige Justin Bieber rustig noemen. Maar ondanks een rugzak vol spektakel en een flinke portie avondgymnastiek heeft de Canadese superster de o zo hoge verwachtingen op Pinkpop niet kunnen waarmaken. Misschien bovenal omdat hij oogde alsof hij weinig zin had om überhaupt nieuwe zieltjes te scoren. Geïnteresseerd leek hij evenmin. In welke plaats hij überhaupt was? Hij zei er geen benul van te hebben. "Mangrave?" Toch een paar letters goed…

Gladjanus Bieber ontpopt zich tijdens zijn optreden als een gladjanus. Hij loopt wat stoer over het podium, geeft highfives aan zijn entourage, knuffelt intiem met zijn danseressen en grijpt overmatig veel naar zijn kruis. Dat allemaal terwijl hij zijn joggingpak nog eens goed rechttrekt. Bij zo ongeveer elk lied mag dan een bak vuurwerk de lucht in geknald worden, Bieber kijkt er niet van op en banjert onverstoord in slakkengang verder over het podium tijdens een van de vele onnodige pauzes. Het doet je terugdenken aan Pharrell Williams in
2015. Hij had een overdaad aan entertainment bij zich maar zijn show ging als een nachtkaars uit omdat door zo veel geliktheid enige vorm van karakter ontbrak. Niet in de laatste plaats doordat hij continu blunderde wanneer hij 'Amsterdam' welkom heette bij zijn show.

Playback Wat vooral opvalt is hoe vaak Bieber meezingt met een eerder door hem ingezongen bandje. Want het grootste deel van Biebers show bestaat uit playback en als het hem uitkomt zingt hij wat mee. Pas rijkelijk laat tijdens zijn concert doet hij het enkel en alleen op eigen kracht, met akoestisch uitgevoerde versies van Cold Water en Love Yourself die er best mogen wezen. Maar daarmee redt hij het helaas niet. Het is weliswaar aandoenlijk om een wereldster zo alleen te zien staan met een gitaar om zijn nek, maar het zet te weinig zoden aan de dijk. Pas echt enthousiast wordt het publiek tegen het einde van de show als onder anderen Children, Sorry en zijn tienerhit Baby klinken.
Geen hoogvlieger Samengevat was het concert van een krap anderhalf uurtje hier en daar best geestig entertainment, maar in muzikaal opzicht was de hoofdartiest van de eerste festivaldag absoluut geen hoogvlieger.
Bron: De Limburger 3 juni 2017 door Ruud Maas / Video: Dany Orban

Pinkpop-baas Jan Smeets heeft begrip voor de harde noten die door het gros van de recensenten zijn gekraakt over het optreden van Justin Bieber zaterdagavond. Dat zegt hij tijdens de tweede festivaldag.
Afschuwelijk Zelf doet hij ook een duit in het zakje in zijn kernachtige analyse van de show van de Canadese superster. "Het was afschuwelijk, meer een act voor op het Songfestival." Jammer vindt Smeets het ook dat het niet kwam tot een samenwerking tussen Garrix en Bieber op het podium. "Er was tijd voor gereserveerd, maar ik geloof dat Justin Bieber toen al lang weer vertrokken was."
Garrix De show van Martin Garrix vond hij een stuk beter. "Sowieso, die jongen blijkt ontzettend aardig te zijn. Wat een leuke vent, heel nuchter en alle tijd voor een praatje. Ik zou hem zo als zoon willen!"
Bron: De Limburger 3 juni 2017 door Ruud Maas

Martin Garrix
Alle Pinkpop principes gaan vanavond overboord. Niet alleen staat Martin Garrix hier als eerste dj ooit het hoofdpodium van Pinkpop af te sluiten, hij slecht ook nog eens de grens van twaalf uur. Oh oh! Maar de jonge Beliebers zijn nog volop blijven hangen voor de grootste Nederlandse popster van het moment: Martin Garrix.

Vier jaar na zijn eerste release heeft Martin Garrix een magische grens doorbroken: 1 miljard views heeft zijn doorbraaktrack 'Animals'. Een miljard, dat zijn getallen die je normaal alleen op de derde dinsdag van september hoort. Daarmee is Martin Garrix met afstand de grootste popster van Nederland, en dus een super logische match met zijn generatiegenoot Justin Bieber. De twee doen een aantal festivalshows gezamenlijk. Of nou ja, gezamenlijk, met losse shows, na elkaar. Precies zoals hier, waar Bieber het als grote publiekstrekker toch een beetje liet liggen, en Garrix de avond in het slot mag gooien. En reken maar dat ie dat doet. Garrix staat voor een indrukwekkende custom made installatie, een lichtgevend kruis waarop visuals geprojecteerd worden. Hij heeft confetti, hij heeft vlammen - wat heet: rode vlammen! Maar wat misschien wel het meest opvalt aan deze set, is nog wel dat het een echte set is, geen voorgeprogrammeerd uurtje. De dj verschanst zich ook niet op zo'n afzichtelijke en afstandelijke LED-muur, maar staat met beide benen op de grond achter een open tafel. Halverwege pakt hij zijn microfoon er even bij, om te zeggen dat ie zojuist gehoord heeft dat ie langer mag draaien. 'En daar ben ik fucking blij mee'.

Dat niet alleen: hij maakt af en toe foutjes en slordige overgangen. De switch van zijn nieuwe semi-ballad 'There For You' (met Troye Sivan) naar de oude rammer 'Tremor' bijvoorbeeld is een beetje ongelukkig. Dat klinkt als strafpunten, maar gek genoeg zijn het dat niet. Het tegenovergestelde juist: in een wereld waarin de perfectie heerst, is een beetje grilligheid een verademing. Te veel dj's in zijn segment laten zich kaderen door hun grootse producties, waardoor ze echt geen kant meer op kunnen.

De ontwikkeling in sound en tempo is onmiskenbaar aanwezig, en toch volgt Garrix wel steeds hetzelfde pad: elke track werkt in ongeveer een minuut toe naar een eerste drop, of die nu hard op subtiel is. En dan moet je je 'fucking hands' op gooien en vliegt het je ook om de oren. Met alle kleurtjes en al het vuur door elkaar waan je je soms in een shotjesbar. Geen moment gebruikt hij twee of meer tracks achter elkaar om ergens naartoe te werken, zoals house-dj's dat doen, om nog maar te zwijgen over de dwingende diepgang van techno-dj's. En toch moet je niet onderschatten hoe ingewikkeld het juist met deze manier is om de aandacht vast te houden. Na twintig minuten constante prikkeling ben je al snel murw. Maar Garrix krijgt het toch elke vier minuten voor elkaar dat een stemmetje in je brein 'jaaaaa' piept.

Het moment: Doorgaans is voor Nederlandse artiesten een optreden op het grote Pinkpop-podium het hoogst haalbare. Een show hier, daar kun je maar beter even bij stilstaan, want de kans is groot dat het nooit meer indrukwekkender wordt dat dit. Voor Martin Garrix is dit gewoon business as usual. Pinkpop is voor hem een middelgroot festival op een wat onbestemd grasveld. En toch, als ie net voor 'In The Name Of Love' echt losbarst op zijn tafel klimt, lijkt ook bij hem dat besef te zijn: dit was Pinkpop.
Bron:
VPRO 3 juni 2017 door Atze de Vrieze / Video: Senn Vids