43e EDITIE / 25e KEER IN LANDGRAAF
2012 Updated 4 juni 2017
Datum: 26 t/m 28 mei 2012
Acts: zie programma  Info voor Landgraaf bezoekers

Locatie: Megaland Landgraaf / Kaart van gebied rond Pinkpop met afgezette gebieden, parkeerplaatsen en campings

Entree: 3 dagen met camping kost dit jaar € 160,00. losse dagkaart kost € 80,00 (v.v. prijzen excl. € 5,00 servicekosten).
De voorverkoop voor Pinkpop 2012 start zaterdag 3 maart
Bestel je kaartjes via internet in Nederland, Koop je kaartje in ieder geval NIET hier.
Natuurlijk wel ff goed checken dat je originele kaarten koopt. Buro Pinkpop steunt de strijd tegen het doorverkopen van kaarten tegen woekerprijzen via de actie: weet waar je koopt.

Weer: warm, droog en zonnig
Toeschouwers: 43.000 totaal

Presentatie: Eric Corton, Giel Beelen, Michiel Veenstra, Roosmarijn Reijmer

BELANGRIJKE OPROEP:
Heb jij als pinkpopbezoeker mooie foto's gemaakt van de bands en artiesten,
en wil jij dat deze vereeuwigd worden op deze website verzoek ik je om op te nemen
BELANGRIJKE OPROEP!!!

Recencies zaterdag  Recencies maandag  Krantenartikelen  Statistieken  Veel online videoclips  Meer online videoclips  Setlists  Pinkpop foto's  Cultura24


Babylon Circus
Terwijl nog lang niet alle bezoekers zondagmiddag op het terrein zijn, besluit de Franse band Babylon Circus het publiek alvast te wekken met zijn zompige mix van ska, reggae en balkanmuziek. En dat lukt de Fransozen uitstekend. Zanger David Baruchel spreekt de toeschouwers toe in zin beste Nederlands.
De muziek van Babylon Circus is weliswaar volkomen inwisselbaar met dat van een willekeurige soortgelijke band, maar dat maakt dit collectief niet minder leuk. Die heerlijke voorspelbaarheid is juist wel prettig. Pinkpop had geen betere opener voor deze zonnige tweede festivaldag kunnen boeken.
Bron:
nu.nl door Pierre Oitmann

Babylon Circus komt uit Frankrijk en mixt al meer dan vijftien jaar volksmuziek met ska en reggae. David Baruchel & Manuel Nectoux, de harde kern van de band, zijn grote fans van Manu Chao en Mano Negra, dat is te horen. Gogol Bordello zullen ze ook wel tof vinden. Met David ging het trouwens even niet zo lekker; na een val van een trap in Moskou was hij er slecht aan toe, waardoor de band zes jaar op z'n gat lag. Vanmiddag is daar niets meer van te merken.

PLUS: Olala! Dat doen ze goed, die tien sjofel geklede Fransozen. Een uur lang mag het publiek mee op een avontuurlijke tocht vol bokkensprongen langs Joodse bruiloften, Jamaicaanse hangmatten, zigeunerfeesten, begrafenissen in New Orleans en meer. Een veelkoppige blazerssectie in de zon staat altijd garant voor feest. Babylon Circus slaagt er in om het publiek vanaf de aftrap op haar hand te krijgen. Voetjes van de vloer, handjes in de lucht en meezingen waar dat kan. Van langzaam naar snel, van hard naar zacht. Zeer voorspelbaar maar Babylon Circus is doelvast en trefzeker. Best knap, omdat de slaap nog maar net uit de ogen is en het publiek nog een lange dag te gaan heeft.

MIN: De P die Babylon Circus vandaag zeker garandeert is die van Publieksparticipatie. Je zou de band er bijna de volle 10 punten voor geven. Helaas moeten we vier punten aftrekken voor het magere songmateriaal. Want werkelijk geen van de nummers is ook maar enigszins memorabel. Maar goed, feest is het wel.

CONCLUSIE: Ieder land heeft zijn eigen Babylon Circus. Zo hebben wij bijvoorbeeld de Amsterdam Klezmerband. Vernieuwend is het allemaal niet wat ze doen, maar met de juiste ingrediënten is een feestje onvermijdelijk. Dat Babylon Circus ook nog een scherp randje heeft in de vorm van het weirde en hoekige gitaarspel maakt dat we de band niet zomaar kunnen afserveren als een leuke feesten- en partijenband. Wat de sympathieke Fransozen vanmiddag voorschotelen is een geslaagde partycocktail die de juiste uitwerking heeft op het Pinkpoppubliek. En als openingsact teruggehaald worden voor een toegift is altijd +1
CIJFER: 7 door Robert Lagendijk (VPRO)/ Video: Youtube VPRO


Hungry Kids of Hungary
De Converse-tent wordt op zondag geopend door Hungry Kids Of Hungary. De Australische band, vandaag voor het eerst in Nederland, trekt de tent aardig vol met zijn simpele en doeltreffende popliedjes. Helaas kan de groep rekenen op weinig participatie en respons van het publiek.
De band probeert zich binnen een niet zo vernieuwend genre slim te onderscheiden door allerlei verschillende invloeden in te bouwen, zoals reggae en sixtiespop in de trant van The Beatles. Hungry Kids Of Hungary moet echter oppassen dat zijn show daardoor geen onsamenhangend geheel wordt.
Bron:
nu.nl door Lisa de Jongh

Indiepopband van down under die in 2010 de debuutplaat Escapades uitbracht. In november 2012 kwam de plaat uit in de Benelux via Rough Trade, en schopte het tot Album van de Week bij 3voor12. Hungry Kids Of Hungary speelt luchtige pop: denk aan achtergrondkoortjes, jengelende gitaartjes en vrolijke no-nonsense liedjes die keurig op 3 minuut 30 afklokken. Denk aan een soort combinatie van The Beach Boys, The Bee Gees en The Shins. PLUS: Het is pas de eerste Europese show voor de band, die dan ook met zichtbaar enthousiasme op het podium staat. Daartoe aangespoord door Giel Beelen geeft het publiek Hungry Kids Of Hungary een hartelijke begroeting. Met een aanstekelijke britpopbeat zet de band openingsnummer 'Wristwatch' in. Leuk springerig liedje, zoals wel meer van het repertoire van het repertoire van de band uitstekend te pruimen is. Het gaat dan om de uptempo nummers, zoals 'The Vacationer' dat met staccato ritmes en knappe arpeggio's op keyboard weet te boeien. Maar het frisse 'Scattered Diamonds', met een Vampire Weekend-achtige gitaarriff, is met afstand het leukste liedje. De popliedjes van Hungry Kids Of Hungary krijgt een strakke uitvoering, met name de ritmesectie valt op door afgemeten, gelikte ritmes. Dat is vooral de verdienste van bassist Ben Dalton, wiens melodische baslijntjes uitstekend in de drumbeats klikken.

MIN: Hungry Kids of Hungary heeft nog lang niet genoeg materiaal om een heel optreden lang te blijven boeien. Het kabbelt allemaal maar voort, en af en toe zit er dan een liedje tussen wat de aandacht vast weet te houden. Maar daar tussendoor krijgt het publiek zo'n flauwe hap aan matige midtempo niemendalletjes te verduren dat het echt aan het vechten is tegen de verveling. Al snel zoekt men vertier in ouwehoeren, smartphones of bier. Frontman Dean Mc Grath en vooral toetsenist Kane Mazlin (die ook de achtergrondzang op zich neemt) hebben nogal irritante, afgeknepen stemmen die na verloop van tijd op de zenuwen gaan werken.

CONCLUSIE: Het is al met al een best aardig moppie indiepop voor vroeg op de middag. Mensen wrijven de slaap nog uit de ogen, en hebben weinig verwachtingen van de onbekende band die hen voorgeschoteld wordt. Maar Hungry Kids Of Hungary weet dat voordeel van de twijfel niet uit te buiten. Het gebrek aan hooks is het grootste probleem van de band. 'Scattered Diamonds' is het enige liedje dat blijft hangen. Dat is veel te weinig voor zo'n vederlichte poppy band als deze, die het toch echt van aanstekelijke liedjes zou moeten hebben. En serieus, wie heeft die bandnaam toch bedacht?
CIJFER: 5 door Sjoerd Huismans (VPRO)/ Video: Youtube VPRO


The Bosshoss
De country- en westernband The Bosshoss bestaat, anders dan je zou denken aan de hand van de cowboyhoeden en het overdreven Texaanse accent, uit een groep fanatieke Duitsers. En dat is tevens de grootste troef die The Bosshoss in handen heeft: zijn enthousiasme.
Maar linedancen met Duitsers die rednecks pretenderen te zijn, is toch een beetje als spareribs kluiven op het Oktoberfest; het voelt niet authentiek aan, erg nep zelfs. De blazerssectie is een welkome aanvulling, al kan het matige uitvoeringen van Hey Ya! (Outkast) en Word Up (Cameo) niet verhullen Bron:
nu.nl door Pierre Oitmann

Geloof het of niet, maar deze band viert alweer een jaar of tien grote successen met deze flauwekul. Met hun hillbillycovers van Outkast, Britney Spears, The Cardigans en zelfs Wham!'s 'Last Christmas' kon je ze nog een lollige novelty-act noemen, maar sindsdien is het geintje nogal uit de klauwen gelopen. Zeker het afgelopen jaar, toen ze extra vleugels kregen als juryleden van The Voice Of Germany, waar ze winnares Ivy Quainoo met veel passie en pathos naar de overwinning coachten.

PLUS: Ook vandaag staat die Outkast cover ('Hey Ya') op de setlist, in een gigalange versie gekruist met de riff van Metallica's 'Enter Sandman'. Een dollemansrit in een ontspoord kermiskarretje. Een kleine glimlach is zelfs bij de grootste zuurneus niet te onderdrukken als het woord 'thanks' op de achterkant van de gitaar blijkt te prijken aan het slot. Hier valt The Bosshoss met een beetje goede wil in de categorie zo-slecht-dat-het-goed-is. Eén eigen liedje mag er zijn, de countrypopsingle 'Don't Give Me That'. Twee sterren in plaats van één. De afsluiter is weer een cover, van Cameo's funkrockklassieker 'Word Up'. Met een percussie-intermezzo waar flesjes water aan te pas komen.

MIN: Godzijdank, want al die eigen liedjes zijn kullerige schmillbilly en lompe countryrockpastiches. Opener 'Last Day (Do Or Die)' bijvoorbeeld, en de nog flauwere pedal-to-the-metal katerexcursie 'Rodeo Radio'. Het zijn werkelijk verschrikkelijk liedjes, matig gezongen door platte entertainers die werkelijk ieder platgetreden koiboi- cliché (Yee haw! op de barkruk) uit de kast halen. Meisjes in korte wijde broekjes (some decent birds on the stage!) laten zich op het podium toefluiten en bejoelen. Ze mogen naar achteren voor de backstage boogie zodadelijk. Eerst moet nog even met de duivel geflirt worden (kruisje op het cowboybingoformulier!). Zelfs onze eigen songfestivalindiaan is een toonbeeld van kwaliteit vergeleken bij deze act.

CONCLUSIE: The Bosshoss veegt de vloer aan met de gulden popmuziekregel over authenticiteit. Als een woeste rodeostier slingeren ze de goede smaak van zich af, om vervolgens een lasso te werpen om het grote publiek. Dat laat zich op deze zonnige festivalweide als naïeve veulens vangen. Als ze grappig zouden zijn, zou je The Bosshoss als komisch duo kunnen classificeren. En dan zou het misschien een uurtje leuk blijven. Nu is het een raadselachtig populaire braderie-act. Hier, meneer Smeets, op deze spot had u De Heideroosjes hun waardige afscheid kunnen gunnen.
CIJFER: 2 door Atze de Vrieze (VPRO)


Racoon
Racoon mag zich, gezien de uitgelopen massa die zich voor de Mainstage bevindt, gerust een van de populairste Nederlandse bands van het moment noemen. Speciaal voor Pinkpop pakt de band uit met strijkers, blazers, Beatles-cover Eleanor Rigby en een marathon aan hits.
De eerste helft van de show lijkt Racoon zich nog in te houden: er komen vooral ballads voorbij en de strijkers laten slechts een enkele keer duidelijk van zich horen. Maar tijdens No Mercy en tranentrekker Love You More geeft de groep vol gas en maakt zo als nog alle verwachtingen overtuigend waar
Bron:
nu.nl door Lisa de Jongh

De Zeeuwen zijn inmiddels een constante factor in de Nederlandse popmuziek. Dat heeft even geduurd: na een vliegende start flopte het tweede album van Racoon, Here We Go, Stereo! stevig. Na een aantal omzwervingen en rotbaantjes als bijvoorbeeld vuilnisman maakten de Zeeuwen de plaat Another Day, die ze weer terug in de spotlight bracht. Op het meer folk-georiënteerde album stonden grote hits als 'Love You More' en 'Brother'. De band is daarna niet meer uit de aandacht geweest. Op de laatste plaat van Racoon, Liverpool Rain, zijn meer beat-invloeden te horen, en single 'No Mercy' was veelvuldig op de radio te horen. In maart verkocht Racoon de HMH uit, en een maand later won de band drie 3FM Awards.

PLUS: De mannen van Racoon weet na al die jaren precies hoe ze een festivalpubliek als dit op een zonnige middag moeten bespelen. Strak in het pak begint Bart van der Weide op het podium, hoewel het jasje in de immense hitte later wel uitgaat. De band heeft flink uitgepakt voor deze show: naast de vier leden staat er zowel een strijk- als een blaasensemble op de planken. De strijkers worden optimaal gebruikt door een trouwe cover van The Beatles' 'Eleanor Rigby' in te zetten. De band speelt ook leentjebuur bij minder voor de hand liggende artiesten: 'Clint Eastwood' van Gorillaz komt langs als intro van 'Freedom'. Het eerste echte kippenvelmomentje ontstaat als 'Don't Give Up The Fight' wordt opgedragen aan Jayden, het overleden zoontje van Van der Weide's oude buurtjongen. De band weet dit soort emotionele momenten met verve te creëren; het zijn ook vooral de folky gitaarballads van Another Day die het beste vallen. Koppeltjes vallen elkaar in de armen, en regelmatig moet iemand een traantje wegpinken. Maar geen moment heb je het idee dat de band goedkoop sentiment probeert op te roepen; het is overduidelijk dat het Van der Weide menens is. Halverwege de set dreigt de aandacht wel wat te verslappen, maar dan herstelt Racoon zich door een drietrapsraket aan hits: 'Love You More', 'No Mercy' en 'Feel Like Flying'.

MIN: Tja, het is allemaal niet vreselijk spannend wat er gebeurt. Racoon is absoluut geen vernieuwende band te noemen. Zelf hebben ze daar maling aan, zo lieten ze vorige week weten in een interview met 3voor12. De Zeeuwen moeten het hebben van degelijk vakmanschap, niet van hemelbestormende ideeën. Daarnaast komen de wat steviger nummers van Liverpool Rain soms net niet helemaal uit de verf. Racoon zou meer dynamiek kunnen brengen in het optreden door nummers als 'Took A Hit' net wat meer pit mee te geven. Tijdens andere nummers laat zanger Van der Weide zich dan weer iets te veel gaan. Zo krijgt het wel heel nonchalant gebrachte 'Feels Like Flying' een raar beatbox-begin en een wat gekunsteld reggae-intermezzo. Ook tijdens 'My Town' veroorlooft de zanger zich een paar lelijk valse uithalen. Toch al geen hoogvlieger trouwens, dat nummer.

CONCLUSIE: Racoon vermaakt de festivalweide vanmiddag met een prima dosis oerdegelijke Zeeuwse pop. Bij het publiek gaan vooral de fraaie gitaarballads erin als zoete koek. De uptempo nummers zouden wel wat peper in de reet kunnen gebruiken.
CIJFER: 7 door Sjoerd Huismans (VPRO)/ Video: Youtube Koenstr


Bombay Bicycle Club
Bombay Bicycle Club is een graag geziene gast op de Nederlandse podia en festivals. Ook het Pinkpop-publiek ontvangt de band met open armen en verwelkomt ze met een groot applaus. De intelligente en veelzijdige indiepop van het gezelschap valt in eerste instantie goed in de smaak.
Naarmate de set vordert krijgt de band het toch wat moeilijker. De aandacht verslapt massaal en net als de beste nummers (Always Like This en Shuffle) voorbij komen is een groot gedeelte van de bezoekers al afgehaakt. Bombay Bicycle Club bouwt liedjes sterk op, maar van een echt hoogtepunt is geen sprake. Bron:
nu.nl door Lisa de Jongh

Begin twintig zijn de vier leden van Bombay Bicycle Club. Sinds 2009 brachten de Londenaren elk jaar een plaat uit, die van dit jaar moet nog komen. De band begon als bombastische indierockband met de typische, breekbare folkstem van voorman Jack Steadman. De rock werd overboord gegooid voor het minder geslaagde akoestische folkalbum Flaws. Met het derde album A Different Kind of Fix gooiden ze wat waterige elektronica en aanstekelijke eighties pop in de mix. Producer Ben Allen (Animal Collective) haalde het beste in de band naar boven en spontaan werden ook de optredens van een hoger niveau, want daar schortte het in de begindagen nogal aan. Welke kant zou de band nu op gaan? Volgens de aankondiging van Giel Beelen verschijnt in juli een nieuw album van de band, maar tijdens de set vertelt Steadman dat hij al twee weken in Nederland is. 'We zaten in een huisje op het platteland waar ik nieuwe nummers aan het schrijven ben.' We zullen dus nog wel even geduld moeten hebben voor er een nieuwe plaat is, de band speelt vandaag niks nieuws.

PLUS: Bombay Bicycle Club slaat op plaat de brug tussen Lowlandsbandjes en Pinkpop-pop. Vandaag slaagt de band erin dat in het begin en tegen het einde van de set te doen. Vorig jaar op Lowlands was het de matige folkplaat Flaws die voor inkakkers zorgde. Van die plaat spelen de heren vandaag alleen het nummer 'Ivy and Gold', dat bij gebrek aan een Flogging Molly-achtige band zorgt voor de nodige inhaakfolk. Het slot met oude liedjes krijgt de tent voorzichtig in beweging.

MIN: Is de band nou te moeilijk of simpelweg te saai? Het kabbelt maar en het veert maar een enkele keer op. De sfeervolle openingstracks zijn sonisch prachtig, maar geen echte hoogtepunten. Het oude rammelrockliedje 'Open House' en de laatste drie nummers - waarvan twee van het debuutalbum - zijn de enige momenten van dat er wat energie van het podium komt. Is het dan emotioneel en verzorgd? Nee, Steadman is geen voorman. Hij heeft de gesjeesde look en houding van Rik Mayall - Rick uit The Young Ones - en lijkt constant met een soort tongue-in-cheek humor naar het publiek te kijken. De extra zangeres, die aan het einde ook even naar voren mag, is zo lief dat het pijn doet terwijl de band juist pit nodig heeft.

CONCLUSIE: Bombay Bicycle Club is geen festivalband, geen spetterende liveband en echt veel airplay krijgen ze ook niet. Toch staan er op twee van hun albums goede liedjes. Gaan ze met hun vierde in de vergetelheid raken of zijn er genoeg fans die meegroeien? Op basis van dit optreden zijn er nauwelijks nieuwe zieltjes gewonnen. Het kabbelt en het deint, maar het blijft niet echt hangen. Al klinkt het bij vlagen wel mooi.
CIJFER: 6,5 door Erik Zwennes (VPRO)/ Video: Youtube DurBube


Mastodon
De metalband Mastodon doet zijn naam op alle vlakken eer aan, want zoals Mastodon zie je er tegenwoordig niet meer veel op Pinkpop. Of metalmuzikanten met uitsterven worden bedreigd is onzeker, maar Mastodon houdt zich staande als een log en prehistorisch dier dat beangstigende oerkreten uitslaat. Viruoze gitaarsolo's, donderende drums en krachtige, bevlogen vocalen; Mastodon dendert roekeloos voort op Pinkpop. Tijdloos of gedateerd, de scheidingslijn is dun, net als op het recente album The Hunter. De moshpit bij Mastodon memoreert desondanks aan de ruigere edities van Pinkpop uit de jaren negentig.
Bron:
nu.nl door Pierre Oitmann

Logge sludgemetal, vol onverwachte wendingen en tempowisselingen, waarbij de vocale harmonieën soms driestemmig zijn. De bandleden zingen om beurten. Bassist Troy (lichtgrijzende manen) heeft de rauwste stem. Drummer Brenn (blond punkkoppie) heeft een stem die je vaker tegenkomt binnen de metal. Vuur, de duivel en zijn malle moer zijn thema's die de revue passeren. In tien jaar nam de band even zoveel studioalbums op. De rest van de tijd brengt Mastodon in de bandbus door. Een van de gitaristen speelt vandaag op een doorzichtige Flying V gitaar, onder metalheads het hoogst haalbare.

PLUS: Het publiek kan zich vanmiddag een uur lang door Mastodon de oren laten wassen. Vanaf de eerste aanslag op de gitaren wordt het niet meer stil. Soms log en traag dan weer snel en draait het ritme om. Ingewikkelde breaks worden lang herhaald terwijl de twee gitaren een wedstrijdje soleren om het hardst en het snelst. En net als je denkt dat je de groove te pakken hebt, maakt Mastodon een lange neus en zet alles weer even op z'n kop. Mastadon geeft wiskundebijles, maar dan op een leuke manier. Want, ook al ben je geen metalfan, het geluid dat vanmiddag van het 3FM Stage afkomt, is op z'n minst indrukwekkend te noemen. Drummer Brenn laat zijn toms beuken als angstaanjagend onweer en zijn snaredrum als een mitrailleursalvo. In een uurtje raakt hij zijn drumstel vaker dan de gemiddelde reggaedrummer in een jaar doet. Mastodon zorgt voor een aangename afwisseling in het blokkenschema van vandaag. Hard, ongelikt en medogenloos.

MIN: Duizend ideeën in elk nummer, het is het beste verkoopargument van Mastodon. Maar je moet behoorlijk stevig tandvlees hebben om de hele set in een keer te verteren. Ik betrap mij er op dat ik geregeld op de klok kijk. De tijd kruipt.

CONCLUSIE: Of Mastodon nu een sellout album met The Hunter of niet, het zal het grote publiek niet deren. Dat zal namelijk nooit een noot horen van de Amerikanen. Let's face it: Mastodon is geen Metallica. Gelukkig niet.
CIJFER: 7,5 door Robert Lagendijk (VPRO)/ Video: Youtube door KILLTHATCATarchives


The Kyteman Orchestra
Drie jaar geleden zorgde trompettist Colin Benders al voor een van de meest indrukwekkende optredens op Pinkpop met zijn hiphoporkest en met Kyteman Orchestra doet hij het nog eens dunnetjes over. Het materiaal van zijn nieuwe plaat werd al uitgebreid getest in de popzalen en op festivals als Paaspop. Dat is te merken in Landgraaf. Kyteman sloopt het woord 'pop' uit Pinkpop tijdens zijn zondagmiddagmatinee. Veel mensen staan betoverd te kijken naar zijn orkest, dat indrukwekkende uitvoeringen brengt van het onlangs opgenomen materiaal. Live is Kyteman Orchestra echter nog vele malen overtuigender.
Bron:
nu.nl door Pierre Oitmann

Het woord 'hiphop' is verdwenen uit de bandnaam, en dat is wel te begrijpen. Dit is een klassiek orkest, een totaalproductie, iets dat het volle leven moet omvatten. Voor deze tour is een koor van dertig man opgesteld, helemaal links vier operazangers. Verder is de band vrijwel gelijk gebleven, al zijn er wel wat vocalisten verdwenen en mogen de strijkers zich wat prominenter opstellen. Benders zelf speelt ook minder. Hij staat gebogen voor zijn troepen, als een schilder die de laatste hand legt aan een meesterwerk dat de totale achterwand van een kathedraal omvat.

PLUS: Wat een verschil met de bescheiden jongens van Racoon hiervoor, mensen die hun levensvisie toch vooral niet op willen dringen aan een ander. Kyteman kun je niet betrappen op voorzichtigheid. Hij beukt recht in het gezicht met zijn fysieke, grootse muziek. Waar de vorige reïncarnatie bij vlagen speels was, is dit intimiderend, over de top, politiek geladen. Op het album hoor je al bij elke luisterbeurt nieuwe partijtjes en ideetjes, live is het ook nog eens overweldigend. Na het grote begin neemt de groep overigens fors gas terug met het meer poppy 'Truth Or Dare' (met Blaxtar en PaX) en 'Long Lost Friend'. Bij het Franstalige 'On S'En Fout' schuift drummer Tim van Delft van De Staat nog even aan. De muziek is uitermate serieus, maar op het podium is gelukkig ook nog altijd heel veel speelplezier te zien.

MIN: Je kunt moeilijk stellen dat de emotie verdwenen is uit het Kyteman orkest. Wie een beetje goed oplet, ziet het van de gezichten spatten. Bij Colin Benders als hij achter zich tijdens 'Preaching To The Choir' de eerste publieksreactie hoort en weet dat het goed gaat komen. Bij rapper PaX de keiharde schreeuw na de laatste tonen van 'While I Was Away', een intense weltschmerz-exercitie. Hooguit kun je stellen dat de emotie verkeerd gedoseerd is. Het varieert van grote hoogte naar intense diepte, met een soort niemandsland er tussen. Geen enkele ruimte om naar adem te happen. Er is in dat malle Kytopia maar één keuze gemaakt: alles moet erin blijven. Wie er desondanks in mee wil gaan heeft het moeilijk op het grote veld met een moeilijke geluid, waar altijd wel iemand naast je staat die lollig bedoeld over de Kleine Zeemeermin of Miss Saigon begint. Die vergelijkingen zijn wat te gemakkelijk. Het minimalistische en toch grootse 'Day One' zou zomaar een Hollywoodkraker over het begin en einde van de wereld kunnen begeleiden. Exact, een soort Kytanic 3D (dankjewel Hanna Vink). En ja, mini-symfonie 'While I Was Away' kan dienen als anthem bij een megalomaan project als de Olympische Spelen. Maar Kyteman is geen pleaser, hij daagt juist continu uit, op het obsessieve af. Van het rare ritme in 7/8 tot het ongewone instrumentarium de grote gedachte: Pinkpop staat met open ogen te kijken naar deze groteske vertoning.

CONCLUSIE: Alleen al om zijn lef verdient Kyteman een pluim. Dit is een absurde set om te spelen op een familiefestival met een tamelijk voorspelbare programmering. Om op het hoofdpodium zo de diepte in te gaan, is een enorm risico. Veel meer dan met zijn vorige show zoekt deze muziek de confrontatie op. Geen band op dit festival zal de meningen zo sterk verdelen, van rode vlekken en flauwe grappen tot devote overgave. Wie de gong niet meeneemt, zal hem ook niet raken. CIJFER: 8 door Atze de Vrieze (VPRO)/ Video: Youtube by dumbienl


Sharon Jones & The Dap Kings
Het verhaal van Sharon Jones is prachtig. De kleine Amerikaanse met de grote strot is al 56. Al sinds haar jonge jaren probeert de funky souldiva door te breken, maar ze slijt vele jaren als gevangenisbewaker. In plaats van een mid-life crisis beleeft Jones op middelbare leeftijd haar doorbraak als achtergrondzangeres op Lee Fields opnames. Via het obscure maar legendarische Desco Records ontstond Daptone Records waar Sharon Jones haar eerste full length album uitbracht met huisband The Dap-Kings (ontstaan uit de Soul Providers en de Mighty Imperials). Inmiddels is de droomsamenwerking vijf albums verder. Albums die door oude opnametechnieken en puristische benadering mede aan de basis stonden voor de soul- en funkrevival van de afgelopen jaren. Maar het is niet enkel retromania wat aan Jones en haar koningsband kleeft, bij vlagen schijnen moderne r&b- en nu-soulinvloeden door de muziek heen. Ze eindigt haar set zelfs met een mopje afrobeat.

PLUS Maar laat je niet inpalmen door het mooie verhaal. Ook zonder enige basiskennis geeft Miss Jones vandaag een meer dan geweldig optreden waarmee ze Pinkpop volledig voor zich wint. Haar tienkoppige band warmt - zoals dat gaat bij funkbands - het publiek op, waarna de kleine Jones in discobaloutfit met roze franje het podium op springt. Vanaf minuut één heeft ze alle aandacht en gooit ze werkelijk alles in de strijd. Elk woord dat ze zingt, voelt ze. Dat zie je aan haar blik, de intonaties en aan de improvisaties. Wanneer bijvoorbeeld haar oortje uitvalt en dit door een technicus wordt vervangen scat ze wat over modern technology om vervolgens weer net zo makkelijk over te gaan in een verhaal over haar Afrikaanse roots. Het is makkelijk om te zeggen dat dit is wat dit blanke publiek wil zien van een soulsister: ongegeneerd de clown uithangen met wilde dansbewegingen en 'clichéteksten' over mannen, geld en strijd. In de praktijk geeft Sharon Jones een prachtige ode aan vervlogen tijden zonder dat we naar een herhaaloefening kijken. Zo blijkt wel wanneer ze het nummer 'Longer en Stronger' inleidt. Ze vertelt hoe ze twee maanden geleden haar moeder heeft begraven. 'Toen ik twintig was, zeiden ze dat ik niet de looks had om een ster te worden; dat ik te zwart was, te dik, te kort. Ik ben nu 56 en mijn moeder zei me onlangs nog: 'Laat niemand zeggen dat je geen mooie zwarte vrouw bent.' Sharon Jones heeft het alsnog gemaakt en in plaats van een blasé artiest, over haar hoogtepunt heen, kijken we naar een dankbare vrouw die de tijd van haar leven beleeft en dat deelt met een uitzinnig publiek. Je oogst wat je zaait.

MIN": Een voorstelrondje van tien minuten is misschien wel erg lang als er constant dezelfde roffel onder ligt.

CONCLUSIE: Sharon Jones is een verademing. De gemeende overgave die nodig is om met energie en losse heupen de rest van de avond in te gaan. Jan Smeets steekt halverwege de set zijn hoofd om het hoekje van het podium en knikt tevreden. Dat hij de komende jaren maar oog mag blijven houden voor hen die dit festival tot een feestje maken.
CIJFER: 8 door Erik Zwennes (
VPRO)/ Video: Youtube door MrHaagsesjonny1


The Wombats
De ooit zo frisse en populaire gitaarband The Wombats kan tijdens deze editie van Pinkpop rekenen op een lauw ontvangst. De heren uit Liverpool hebben nog dezelfde energie als vier jaar geleden, maar helaas ook veelal hetzelfde repertoire en dezelfde flauwe humor. Het grootste deel van de menigte komt overduidelijk even kijken om de single Let's Dance To Joy Division mee te pakken en vertrekt ook direct daarna. Enerzijds is dat misschien oneerlijk, anderzijds heeft The Wombats simpelweg niets beters te bieden. En dat kost punten.
Bron:
nu.nl door Lisa de Jongh

The Wombats staan nog steeds een beetje bekend als one hit wonder. Niet gek ook, want het supercatchy 'Let's Dance To Joy Division' was in 2007 een echte monsterhit. Vorig jaar kwam The Wombats met hun tweede album The Wombats proudly present... This Modern Glitch. Op die plaat integreert de band wat meer electronica in de dansbare poprock, bijvoorbeeld in de succesvolle single 'Techno Fan'.

PLUS: De aanstekelijke indierock doet wat hij in 2007 ook al zo goed deed: in springerige (post)punky songs bezingt de band het leed dat liefde heet. Maar dan niet op sentimentele wijze - en ook niet boos - maar eerder weerbarstig, een verbeten fuck it! lijkt zanger Matthew Murphy in veel liedjes te willen zeggen. Liedjes die thematisch best leuk zijn: 'Let's Dance To Joy Division' en 'Techno Fan' handelen over een muzikale ontdekkingsreis, terwijl andere hits als topnummer 'Moving To New York' en 'Tokyo - Vampires & Wolves' zonder veel omwegen escapisme beschrijven: haal me weg hier! schreeuwt Murphy. Stuk voor stuk sterke nummers, die vandaag een strakke, puntige uitvoering krijgen. The Wombats brengen hun punky puberromantiek nog altijd even bezield.

MIN: Het is al een jaar geleden dat het vorige album van The Wombats uitkwam. De band lijkt sindsdien een beetje weggezakt in het collectief geheugen. De urgentie om een band als The Wombats een jaar na de vorige albumrelease deze plek op de 3FM Stage te geven, is niet helemaal duidelijk. De band speelt nagenoeg dezelfde setlist als vorig jaar in de Alpha op Lowlands, zij het dat de show vandaag wat langer is en er dus meer (weinig interessante) albumtracks gespeeld worden. Waar ze op Lowlands nog enthousiast begroet werden, krijgen The Wombats nu ondanks het warme weer een wat koele respons. Of misschien wel dankzij het warme weer, eigenlijk. De namiddagzon schijnt net over het podium recht in de gezichten van het publiek, dat er wat loom bijstaat. 'We hebben nog drie songs,' kondigt Murphy tegen het einde van de show aan. 'Een langzame, en dan twee snelle.' Het is bijna een verontschuldiging voor de draak van een ballad die de band afvuurt op het publiek: 'Anti-D' is een verschrikkelijk sentimentele synthesizerwals. Pas bij de gedroomde afsluiter 'Let's Dance To Joy Division' krijgt het drietal de massa écht aan het dansen.

CONCLUSIE: The Wombats doen hun uiterste best om het publiek voor de 3FM Stage mee te krijgen in hun enthousiasme, maar nergens wil dat echt lukken. Gaandeweg de show komt er een zorgelijke blik op het gezicht van Murphy. Het feestje dat hij wil maken komt maar niet van de grond op deze gezapige, zonnigwarme middag. The Wombats: tegen wil en dank nog steeds een one-hit-wonder.
CIJFER: 6 door Sjoerd Huismans (VPRO)/ Video: Youtube VPRO


Soundgarden
Het blijft een verademing om frontman Chris Cornell weer omringd te zien door de leden van Soundgarden. Het haalt het beste in de zanger naar boven, zo blijkt als je deze show vergelijkt met zijn solo-optreden op Pinkpop 2009. Op volle sterkte presenteert de band grunge aan een nieuwe generatie. Maar of de muziek de tand des tijds heeft doorstaan, is nog maar de vraag. Black Hole Sun wordt krachtig en vol passie gebracht, maar de rest van de set mist energie en lef. Hoe hard de gitaren en drums ook klinken, de slijtage van Soundgarden en die van Cornell ligt constant op de loer.
Bron:
nu.nl door Lisa de Jongh

Twintig jaar geleden was Soundgarden hier ook, nog voor hun Black Hole Sun verscheen. 1992, het jaar dat de boeken in ging als het doorbraakjaar van de grunge naar het grote publiek. Niet zozeer door het optreden van Soundgarden, maar door de sprong van Eddie Vedder. Ook Soundgarden werd groot, ondanks dat de band een heavier sound had dan Pearl Jam en minder werkte met de hard-zacht dynamiek van Nirvana.

PLUS: Juist in dat snelle, felle ligt de kracht van Soundgarden. Maar goed dat drummer Matt Cameron erbij is, want zijn furieuze roffels zijn cruciaal. De set begint met een paar razende songs: 'Searching With My Good Eye Closed', 'Spoonman', 'Jesus Christ Pose'. Cornells zeer uitgesproken stem is nog goed in tact. Het stevige geluid dat hem begeleidt, voelt minder gevaarlijk dan vroeger, maar het is een verademing na de mislukte soloprojecten van de laatste jaren. Hoogtepunt van de set is het lang uitgesponnen slotnummer 'Slaves and Bulldozers', een van de weinige songs waarin Soundgarden in midtempo echt goed uit de verf komt.

MIN: Zijn er nog bands die Soundgarden heden ten dage als belangrijke invloed noemen? Hoeveel liedjes heeft deze band die heel het Pinkpopveld kent? Songs die echt de geschiedenisboeken haalden. Nou? Eén. 'Black Hole Sun', een trage sleepsong, totaal niet representatief voor het oeuvre. De grote hit wordt prima maar ook weer niet echt memorabel gespeeld. Nieuwe single 'Live To Rise' komt er direct achteraan. Dat is bepaald geen klassieker in de dop. Op de rest - zelfs op het vileine prijsnummer 'Rusty Cage' - komt eigenlijk maar weinig respons. Dat wordt ook niet al te zeer gestimuleerd vanaf het podium, want Soundgarden staat hier een buitengewoon statische set te spelen. Het getergde sentiment in een nummer als 'Blow Up The Outside World' bijvoorbeeld wordt volstrekt niet verbeeld in de band.

CONCLUSIE: Soundgarden was er weer. Goed nieuws voor de fans, een prima ouderwets uurtje voor de rest.
CIJFER: 7- door Atze de Vrieze (VPRO)/ Video: Youtube door fixed4u


Chase & Status

MUZIEK: Drum 'n bass, dubstep, electro en Prodigy-achtige rockgitaren in een harde, opportunistische mix. Op plaat met veel vocale samples en gastbijdragen, bij optredens komen die uit een doosje. De twee producers worden op het podium wel bijgestaan door een wat eendimensionale mc die de boel opzweept, een drummer en een gitarist.

PLUS: Een uur lang effectief beuken op een mengelmoes aan Engelse stijlen. Pinkpop laat de wobble in 'Flashing Light hard aankomen, voelt dat zwaar vervormde sample van Jim Morrison in 'Hypest Hype', zingt mee met de r&b meets drum 'n bass van 'End Credits'. Als Chase and Status jump! roepen, springen de fans vooraan. En dat zeggen ze ieder nummer.

MIN: Toch slaagt de groep er maar zelden in om echt de hele tent in te pakken. Sterker nog: er komt achterin steeds meer ruimte. Dat komt misschien wel door de wat eendimensionale screams van de mc. Waarom geen multitasker die tenminste wat van de vocalen voor zijn rekening kan nemen? Een van de hoogtepunten in de set laat meteen het zwakke punt van Chase and Status zien: de drum 'n bass cover van Rage Against The Machine's 'Killing In The Name' mist zijn uitwerking niet, maar is wel erg gemakkelijk. Alsof je een kernraket dropt op een mierennest. De versie haalt het overigens bij lange na niet bij het origineel. In 'Smash To Pieces' - een track met een hooliganachtige lompheid - flirt de mc ook nog met RHCP klassieker 'Give It Away'. Naarmate de set vordert, neemt het opportunisme toe. De gitaarriffs worden steeds horkeriger, maar niet monumentaler. Van een hit van de categorie 'Smack My Bitch Up' of 'Firestarter' is dit Chase and Status bovendien mijlenver verwijderd.

CONCLUSIE: Voor het Pinkpoppubliek is dit misschien wel de eerste kennismaking met het geluid van nu: dubstep. Veilig verpakt in andere stijlen, maar toch, en maar een klein deel van het geheel, maar toch. Het genre is in de clubs en op festivals als Lowlands al veel langer gemeengoed, maar dringt pas sinds een jaar door tot de radio en dus tot dit mainstream rockpubliek. En dan is dit Chase and Status natuurlijk een prima instap-act.
CIJFER: 6,5 door Atze de Vrieze (
VPRO)


Keane
Met het aantal hits dat Keane op zijn naam heeft staan, is het toch jammer dat de band wordt weggestopt op het 3FM-podium. Keane wordt opgewacht door een enorme menigte, die gretig iedere hit van het viertal meezingt. Zanger Tom Chaplin lijkt te genieten van ieder seconde. Keane is vandaag in topvorm. De bandleden zwepen de menigte op met hun radiohits, waar zoals verwacht het grootste gedeelte van de set uit bestaat. Zelfs de meest ingetogen pianoballads worden meegebruld. De wederzijdse liefde tussen band en publiek is continu voelbaar.
Bron:
nu.nl door Lisa de Jongh

Melodieuze popmuziek op stadionformaat met een hoofdrol voor piano en de stem van zanger/poseur Tom Chaplin. Het album Under The Iron Sea werd door de fans direct in het hart gesloten. Strangeland verscheen deze maand en staat inmiddels op één in de albumlijsten. Keane maakt meidenpop zoals vroeger ah-a en Spandau Ballet dat deden. Chaplin rent tegenwoordig iets meer over het podium, wat mogelijk verklaart waarom het babyvet is verdwenen.

PLUS: Ik doe het Chaplin niet na: van begin tot eind zingt het hele veld de nummers vol puberpathos mee. Als hij aangeeft dat er meegeklapt mag worden, rolt een metronoom van vrouwenvlees van voor naar achter. En als er aan het eind van een nummer niet hard genoeg gejuicht wordt, weet hij met een handgebaar het schrille gejuich tot ver over de pijngrens te jagen. Eén blik is zelfs genoeg om een zwijmelend meisje op de eerste rij te laten huilen. 'Ahhhhh,' leeft de rest van het publiek mee. Chaplin is een publieksspeler in hart en nieren en met vijf albums in de catalogus is de band in staat een prima set samen te stellen. De 30.000 mannen die zojuist Soundgarden op het Mainstage zagen spelen, zul je er geen plezier mee doen, maar toch: mooie liedjes, prima sfeer. Publieksfavoriet 'This Is The Last Time' en festivalhit 'Is It Any Wonder' zitten vroeg in de set en vervolgens houdt de band dit niveau goed vast. 'Somewhere Only We Know', 'Chrystal Ball' en 'Everybody's Changing' komen natuurlijk ook voorbij en klinken enorm vertrouwd. 'Bed-shaped', van het debuutalbum, is een mooie ballad in de beste Queen-traditie.

MIN: Als Nederland popmuziek is, is Keane de Flevopolder. Jongejonge wat is het saai. De stem van Chaplin is regelmatig goed vals, en mist ook maar enige vorm van karakter. Vergeleken met Keane is Supertramp een band met ballen. Alles is fatsoenlijk aan de vier Britten. Keurig gespeeld, vriendelijk gelachen en natuurlijk 'fijn dat we mochten komen' en 'you're the best' enzo.

CONCLUSIE: Kortom, vakkundige popliedjes die allemaal iets teveel op elkaar lijken en saai worden opgevoerd. Wie ben ik om deze pyjamaparty ruw te verstoren door een laag cijfer te geven? Precies. Meiden, de reactiepanelen onder dit artikel zijn geopend. De 6- die het waard was, slik ik in en ik zeg gewoon:
CIJFER: 7 door Robert Lagendijk (VPRO)/ Video: Youtube by dumbienl


Linkin Park

Linkin Park is een opvallende headliner op Pinkpop 2012, mede door de jongere generatie die het aanspreekt. Maar de band rond Chester Bennington laat perfect zien hoe een massa van tienduizenden mensen geamuseerd moet worden. Heel even lijkt het alsof de groep zijn kruit verschiet met een explosief begin van de set. Het middenstuk van de set is opvallend trager en haast zoetsappig naast het agressievere repertoire van de band. Maar met het knallende einde van de set, waarbij ook One Step Closer en In The End worden gespeeld, blijkt de groep een waardige aanvuling op het affiche.(LdJ)
Bron:
nu.nldoor Lisa de Jongh

MUZIEK: Meer dan vijftig miljoen albums verkocht Linkin Park wereldwijd. De band debuteerde in het wat ongelukkige nu-metal-tijdperk. Een korte periode die ze overigens wel hun grootste fortuin opleverde. De agressieve hoekige rap-rock drijvend op emotionele zang van Chester Bennington gleed met elk album iets meer richting klassieke rockmuziek met elektronica. Het laatste album A Thousand Suns was een conceptplaat waar zowaar dansbeats en Nine Inch Nails industrial rock op te horen waren. Over een maand verschijnt het vijfde studioalbum van Linkin Park, wederom mede-geproduceerd door Rick Rubin. Met Living Things zou de band na jaren experimenteren hun nieuwe sound hebben gevonden. Het moet een menselijk en warm album worden. 'Burn It Down', de eerste single van de plaat, is een flink elektronisch dansnummer gedragen door de zang van Bennington. Een week geleden speelde de band het nummer voor het eerst live, twee dagen geleden verscheen de videoclip.

PLUS: Wow, wat een opkomst. De band zet 'A Place For My Head' in. Chester en mc Mike Shinoda lopen het podium op, stappen op een verhoging, de band stopt en de twee kijken enkel over de weide uit. Camera's zoomen in op hun koppen en het publiek wordt gek. Dan wordt het nummer afgemaakt, letterlijk en figuurlijk. Beiden zijn enorm goed bij stem. De held van de avond is Chester Bennington, die in alle dynamiek van de liedjes zijn stem geweldig inzet. Of het nou gebrul of een ballade is, hij houdt volledige controle. 'Given Up' van Minutes To Midnight doet het goed, maar het zijn toch de nummers van Hybrid Theory en Meteora die het veld doen exploderen. 'Faint', 'With You', 'Runaway', 'From the Inside', 'Somewhere I Belong' en 'Numb' volgen elkaar in een moordend tempo op. Wat een boel hits heeft deze band. Pas bij het eerste nieuwe nummer, 'Lies Greed Misery' dat drie dagen geleden werd geprimeurd, zakt de adrenaline weg. Na een aantal mindere liedjes, waaronder een vermoeiende ballade, wordt het bij single 'Burn It Down' weer scherp en sterk. Op vier tracks na wordt Hybrid Theory in zijn geheel gespeeld. Het zorgt voor een spetterend slot met als hoogtepunt een MCA-tribute in de vorm van Beastie Boys' 'Sabotage' tijdens 'Bleed It Out'.

MIN: Een echte fan zal zeggen: de band maakte één foutje. Tijdens 'The Catalyst', een vergezocht trancenummer van het laatste album, missen beat en Bennington elkaar volledig. Hij is boos en van zijn apropos. Het kost hem single 'Burn It Down' om weer zuiver te zingen en zijn concentratie en plezier te hervinden. Een neutrale bezoeker zal dat beetje extra missen. De band speelt netjes alle nummers, maar het lichtplan is saai, er zijn geen noemenswaardige visuals en de interactie met het publiek komt pas na een uur enigszins op gang.

CONCLUSIE: Linkin Park is in een lastige tijd, in een lastig genre een superband geworden. Nu-metal of rap-rock was al onhip voordat het tot volle wasdom kwam. Niet vaak is een genre zo snel uit de gratie geraakt. Balkanbeat wellicht? Waar collega-miljoenenverkopers Limp Bizkit het na de hoogtijdagen zocht in vreemde muzikale uitstapjes, bandleden verloor en inmiddels vol botox, schandalen en kunstgrepen een halfzachte reünie beleeft, krijgt Linkin Park na vanavond het stempel 'geloofwaardig'. Bruce Springsteen heeft het maar makkelijk met zijn tijdloze muziek. De bandleden van Linkin Park zijn al flink op weg richting de veertig, maar staan hier niet verkleed als tiener een theaterstukje op te voeren. Afgetraind, fris en goed bij stem spelen ze uiterst strak de muziek die ze als boze begin twintigers met overgave maakten en nu met overgave voor een uitzinnig publiek opnieuw spelen. Met wisselend succes heeft de band de afgelopen tien jaar gezocht naar een nieuwe muzikale vorm. Dan weer richting hiphop, emotionele rock of trancemuziek. Van de twee nieuwe nummers die op het aanstaande album komen, is er een geslaagd en de ander een flinke miskleun. Het siert Linkin Park dat het nieuwe dingen probeert en daar met oude liedjes een knappe setlijst uit destilleert. Maar de muzikale hoogtijdagen van de band ligt echt achter ze.
CIJFER: 7 door Erik Zwennes (VPRO)/ Video: Youtube 3FM

Pinkpop op Fonos
Op Fonos vindt u een schat aan albums van memorabele bands en artiesten uit Nederland die ooit furore maakten op Pinkpop. We hebben alvast tien tips voor u geselecteerd maar uiteraard is het aanbod niet beperkt tot deze juweeltjes...lees verder


Programma 2012
Zaterdag 26 mei: 15.00 - 23.00 uur
Conversestage 3FM Stage Mainstage
16.00 - 16.45 Will And The People 16.00 - 17.00 Major Tom 15.00 - 16.00 Moss
17.45 - 18.45 The Afghan Whigs 17.45 - 18.45 The Asteroids Galaxy Tour 16.45 - 17.45 Kyuss Lives
19.45 - 20.45 Ben Howard 19.45 - 20.45 The Ting Tings 18.45 - 19.45 Anouk
20.45 - 22.30 The Cure

Zondag 27 mei: 11.00 - 23.00 uur
Conversestage 3FM Stage Mainstage
14.00 - 15.00 Hungry Kids of Hungary 14.00 - 15.00 The Bosshoss 13.00 - 14.00 Babylon Circus
16.00 - 17.00 Bombay Bicycle Club 16.00 - 17.00 Mastodon 15.00 - 16.00 Racoon
18.00 - 19.00 Sharon Jones & The Dap Kings 18.00 - 19.00 The Wombats 17.00 - 18.00 The Kyteman Orchestra
20.15 - 21.15 Chase & Status 20.15 - 21.15 Keane 19.00 - 20.15 Soundgarden
21.15 - 22.30 Linkin Park

Maandag 28 mei: 10.00 - 23.00 uur
Conversestage 3FM Stage Mainstage
12.00 - 12.45 Serena Pryne & The Mandevilles 12.00 - 12.45 Rival Sons 12.45 - 13.30 Gers Pardoel
13.30 - 14.30 Jonathan Jeremiah 13.30 - 14.30 Blood Red Shoes 14.30 - 15.30 Sea Sick Steve
15.30 - 16.30 Miike Snow 15.30 - 16.30 Herbert Grönemeyer 16.30 - 17.30 The Specials
17.30 - 18.30 Chef' Special 17.30 - 18.30 The Hives 18.30 - 19.30 Mumford & Sons
19.30 - 20.30 Paul Kalkbrenner 19.30 - 20.30 James Morrison 20.30 - 22.30 Bruce Springsteen & The E-Street Band
Wijzigingen programma tot op de concertdag(en) voorbehouden